Uit een onderzoek dat hr-dienstengroep ACERTA liet voeren bij 469 CEO’s en directieleden, blijkt dat 79 procent van de CEO’s door de digitalisering op zoek zal moeten gaan naar extra personeel.
De digitalisering en robotisering biedt kansen voor nieuwe medewerkers als gevolg van een productietoename of de behoefte aan specifieke competenties.
Daarnaast geven ook 8 op de 10 CEO’s aan dat ze meer dan 5 procent van hun personeel zullen moeten laten gaan door de digitalisering. Terwijl minder dan 6 op de 10 uitgaan van meer dan 5 procent aanwervingen. Netto zullen er dus jobs verloren gaan. 47 procent van de werkgevers denkt dat de impact van de robotisering zich zal manifesteren over 3 à 5 jaar.
De studie van ACERTA toont aan dat bedrijven wel bezig zijn met de digitalisering. CEO’s gaan ervan uit dat de impact het grootst zal zijn in de industrie (42 procent), gevolgd door de bank- en verzekeringssector (38 procent) en de dienstensector (35 procent). 47 procent denkt dat de impact van de vierde industriële revolutie op de eigen organisatie al voor over 3 à 5 jaar is, 41 procent later dan 5 jaar.
Chris Wuytens, managing director van Acerta: ‘Hoewel werkgevers de komende jaren hun heil zullen gaan zoeken in nieuwe technologieën om uitdagingen rond vergrijzing en arbeidskrapte op te lossen, zullen nieuwe technologieën de spanning op de arbeidsmarkt nog vergroten. In de zoektocht naar talent zal immers een interne rematch van talenten binnen de organisatie steeds belangrijker worden gezien een werkgever zijn nieuwe medewerkers elders steeds moeilijker zal vinden.’
Talenten werknemers in kaart brengen
Verwacht wordt dat computers en robots almaar meer taken zullen overnemen van de werknemers. Uit de studie komt duidelijk naar voor dat volgens de CEO’s dit impact zal hebben op het huidig personeelsbestand. Volgens hen zullen zowel kaderleden (3 procent), administratieve bedienden (21 procent), productiebedienden (25 procent) als arbeiders (16 procent) de impact voelen, terwijl 35 procent geen impact verwacht op de tewerkstelling.
Toch gaan CEO’s ervan uit dat ze op zoek zullen moeten naar mensen. 79 procent van hen geeft aan dat dit zal leiden tot extra aanwervingen, 21 procent van niet. De aanwervingen zullen nodig zijn omdat de productie toeneemt (28 procent). En omdat de inhoud van de jobs verandert en hiervoor werknemers met andere competenties nodig zijn (51 procent).
Chris Wuytens: ‘Toegespitst op jobs zal deze nieuwe industriële revolutie niet veel verschillen van de derde industriële revolutie. Er zullen jobs verdwijnen en er zullen er nieuwe bijkomen. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt vandaag en de toenemende vraag naar flexibiliteit op de arbeidsmarkt, zijn wij er van overtuigd dat werkgevers een deel van de nieuwe capaciteiten zullen moeten zoeken bij hun huidige medewerkers. Ze zullen er daarom goed aan doen de talenten van hun medewerkers in kaart te brengen om ze maximaal te kunnen inzetten in deze veranderende realiteit. Ook opleidingen zullen een cruciale rol spelen in het rematchen van mensen aan nieuwe functievereisten.’
Uit de studie blijkt echter dat directies veronderstellen dat de optelling van het verlies aan jobs en de creatie van nieuwe jobs per saldo zal uitdraaien op minder personeelsleden. 8 op 10 CEO’s verwacht ten gevolge van Industry 4.0 meer dan 5 procent van zijn personeel te moeten laten gaan, terwijl slechts 55 procent van hen verwacht meer dan 5 procent aan te werven. Netto mag dus verwacht worden dat door de 4e industriële revolutie bij de bestaande bedrijven jobs verloren gaan.
Nieuwe technologieën vergroten spanningen op de arbeidsmarkt
De stijgende loonkost, de concurrentie en productvernieuwing zorgen ervoor dat CEO’s mee willen evolueren. Ze erkennen de impact van de robotisering op hun personeelsbeleid. Ze zien er een opportuniteit in om te reageren op de krapte op de arbeidsmarkt en op de uitstroom van oudere werknemers. Maar het nieuwe landschap vereist een grondige update van het huidig wetgevend kader rond Werkbaar en Wendbaar werk.
Chris Wuytens: ‘De maatregelen die Kris Peeters heeft genomen zijn enkele eerste stappen in de goede richting. Maar ze gaan niet ver genoeg om de nieuwe behoeftes waaraan organisaties zullen moeten voldoen in te vullen. Het nieuwe wettelijke kader zal meer in sync moeten zijn met de vierde industriële revolutie zodat werkgevers wendbaarder worden en zich sneller kunnen aanpassen aan deze nieuwe omgeving.’