Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts komt met een ontwerp van decreet dat de taxi democratiseert. De taxi wordt goedkoper voor de exploitant en voor de klant, dankzij het schrappen van de quota, de beperking tot het gemeentelijke grondgebied én de vaste tarieven.
‘Een taxi lijkt vandaag iets uitzonderlijk voor de meeste mensen’, zegt Weyts. ‘Deze hervorming maakt van de taxi een volwaardig alternatief voor iedereen. Dat dient ook de verkeersveiligheid, want je hebt straks na een nachtje uitgaan geen enkel excuus meer om niet voor een taxi te kiezen.’
Anders dan in het buitenland wordt de taxi in Vlaanderen gezien als een vrij uitzonderlijk en duur vervoermiddel. Er rijden ook relatief weinig vergunde taxi’s rond. Dat is te wijten aan de vaste tarieven, de beperking tot het grondgebied van de gemeente waar de taxi een vergunning heeft, de waslijst van regeltjes (die bovendien verschillen van gemeente tot gemeente) en de quota die het aantal taxi’s beperken tot 1 taxi per 1000 inwoners (zodat er in sommige steden wachtlijsten bestaan met kandidaat-aanbieders die niet vergund geraken). Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts wil hier resoluut komaf mee maken en de taxi democratiseren. Weyts: 'We laten te veel kansen liggen. We moeten de taxi een veel belangrijkere plaats geven in het mobiliteitsbeleid.'
Lege terugritten beperken
De ontwerpversie van het nieuwe Taxidecreet voorziet een vrije tariefzetting voor alle taxi’s: exploitanten zullen zelf hun prijs kunnen bepalen. Bovendien krijgen taxi’s meer bewegingsvrijheid. Op dit moment is het werkingsgebied van een taxi beperkt tot het grondgebied van de gemeente waar de taxi een vergunning heeft. Dat betekent in de praktijk dat een taxi die een klant van Antwerpen naar Gent brengt geen passagiers kan oppikken in Gent, of op de terugweg naar Antwerpen. Zo moet je als klant ook opdraaien voor de lege terugrit van je taxi. Het nieuwe Taxidecreet breidt het werkingsgebied van taxi’s uit tot heel Vlaanderen. Zo kan het aantal lege terugritten beperkt worden en wordt een taxi goedkoper voor de exploitant en voor de klant.
Er komt niet alleen marge voor lagere prijzen, er komt ook ruimte voor méér taxi’s. De quota die het aantal taxi’s beperken tot 1 taxi per 1000 inwoners verdwijnen helemaal. Er komt bovendien ruimte voor nieuwe concepten (zoals Uber en andere initiatieven uit de deeleconomie). De vergunningsvoorwaarden worden immers beperkt tot de minimumvereisten die echt belangrijk zijn voor de passagier: de chauffeurs bezitten alle nodige attesten en de voertuigen zijn net, veilig en gekeurd. Er wordt ook een nieuwe vereiste opgelegd: elke chauffeur moet Nederlands kunnen spreken met klanten.
Nieuwe Logiesdecreet
Het nieuwe Taxidecreet roept herinneringen op aan het nieuwe Logiesdecreet, dat vorig jaar van kracht werd. Dat Logiesdecreet was doordrongen van dezelfde visie die ook achter het Taxidecreet zit: drempels verlagen om de markt te kunnen verruimen. De resterende regels gelden wel in heel Vlaanderen en voor elke taxi: voor gelijk werk gelden gelijke wetten. Alle aanbieders zullen dezelfde regels moeten respecteren en alle aanbieders zullen ook gecontroleerd worden. Er wordt zelfs een nieuw handhavingsinstrument geïntroduceerd: boetes worden voortaan via onmiddellijke innig geregeld.
Het nieuwe decreet verruimt het speelveld van de taxi’s. Een aanbieder kan gewoon rondrijden als straattaxi, die mensen oppikt. De lokale besturen kunnen zelf een bijkomende vergunning verlenen voor een standplaats: een geprivilegieerde plaats voor een taxi ter hoogte van een attractiepool of een mobiliteitsknooppunt, zoals een treinstation. Helemaal nieuw is dat zogenaamde OV-taxi’s in de toekomst ook ingeschakeld kunnen worden binnen de dienstverlening van het openbaar vervoer.
Het ontwerp van decreet is nu goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Weyts had tijdens het opstellen van het nieuwe Taxidecreet al uitgebreid overleg met alle betrokken partijen en die dialoog wordt nu verder gezet. Het Vlaams Parlement krijgt het laatste woord.