Van 10 tot 19 januari 2020 is het Autosalon met 100.000 m2 de grootste showroom van het land. Zowat alle automerken van de Europese markt zijn aanwezig.
Tijdens het 98ste Salon Auto / Moto / Mobility in Brussel werd bekend dat onze automobielindustrie het goed doet. Er werden het voorbije jaar immers 550.000 nieuwe wagens verkocht in België.
Febiac-voorzitter Philippe Dehennin ziet drie grote doelen voor deze editie van het Autosalon: ‘We willen zoveel mogelijk consumenten de nieuwste technologieën in aandrijfmogelijkheden tonen zodat zij een bewuste keuze kunnen maken bij de aankoop van hun volgende voertuig.’
‘Daarnaast zien we het ook als onze taak om het brede publiek te informeren over de alternatieve vervoersmogelijkheden en hen te laten nadenken over hun eigen mobiliteitsgedrag.’
Als derde objectief wil Febiac tijdens het Salon jongeren warm maken voor de vele jobs in de brede mobiliteitsindustrie.
‘In de mobiliteitssector in het algemeen en in de automobielsector in het bijzonder ontbreekt het niet aan evoluties die zowel het bedrijfs- als het gezinsleven beïnvloeden’, zegt Febiac-voorzitter Philippe Dehennin naar aanleiding van de officiële opening van het Salon, dat vanaf vrijdag 10 januari tot en met zondag 19 januari voor het grote publiek toegankelijk is. ‘Daarom is een klare visie op de toekomst van de mobiliteit en de automobiliteit nodig en die vitrine wil het Salon zijn.’
Nieuwigheden tonen
Febiac ziet voor het 98ste Salon drie grote doelen. In de eerste plaats kan de consument er 10 dagen lang het breedst mogelijke gamma aan aandrijfvormen bekijken en vergelijken. Ten tweede stimuleert het Salon de Belg om alternatieven te vinden voor de auto binnen het kader #WeAreMobility en ten derde wil het jongeren kennis laten maken met de carrièremogelijkheden binnen de autosector.
Philippe Dehennin: ‘Maar liefst acht verschillende aandrijfvormen, gaande van benzine en diesel over verschillende types hybrides en elektrische wagens tot de nieuwste aandrijvingen op gas vallen er te ontdekken op het Salon. Op die manier kan de consument een bewuste keuze maken voor zijn volgende aankoop, een keuze die past bij zijn rijgedrag en voldoet aan de strengste duurzaamheidsnormen.’
Informeren over alternatieven
Het Salon wil zijn bezoekers ook de alternatieven voor de eigen wagen leren kennen zoals bijvoorbeeld tweewielers, al dan niet elektrisch aangedreven, of deelwagens. ‘Een gezin heeft misschien een wagen nodig, maar heeft het die voor elke verplaatsing nodig? Bestaat er voor jouw specifieke situatie geen duurzaam en fileloos alternatief? Het is die gedachtegang die we via de exposanten van #WeAreMobility onder de aandacht zullen brengen’, aldus Dehennin. ‘Net daarom staan zij letterlijk centraal opgesteld omdat wij ons steentje willen bijdragen om de mobiliteitszoekende consument naar de oplossingen te leiden die voor hem op elk vlak het beste zijn.’
Jongeren inspireren en motiveren
Tot slot wil Febiac jongeren tonen welke jobmogelijkheden er allemaal zijn binnen de mobiliteitsindustrie. ‘Binnen de mobiliteitssector en zeker in de automobielsector zijn er tal van boeiende carrièremogelijkheden, ongeacht je profiel, achtergrond of cultuur’, zegt Dehennin. ‘Voertuigen worden ecologischer, meer verbonden, veiliger en comfortabeler dan ooit. Om stappen te blijven zetten hebben we nieuw talent en creativiteit nodig om zowel nieuwe concepten uit te denken als bestaande technologieën te onderhouden. Zowel nieuwe technische als commerciële professionals zijn in onze sector broodnodig en we hopen daarom via dit Salon jongeren te inspireren en te motiveren om voor een loopbaan in de mobiliteitsindustrie te kiezen.’
Cijfers 2019 zijn positief signaal
De automobielindustrie kan voor 2019 uitstekende cijfers voorleggen met 550.000 verkochte nieuwe wagens in België en 55.000 in Luxemburg. ‘Die cijfers leren ons dat heel wat burgers, ondanks de modal shift in grote steden, nog altijd een eigen wagen op prijs stellen en nodig achten’, stelt Dehennin. ‘Daarom betreuren we de ‘car bashing’ die vanuit sommige individuen en groeperingen gebeurt en waarbij sommigen zelfs stellen dat hun visie op mobiliteit door elk één moet worden overgenomen. De auto en haar gebruikers verdient dit soort aanvallen en beledigingen niet omdat net onze sector - en dat zeg ik met enige fierheid - het meeste van alle industrieën inzet op decarbonisatie en digitalisering. Volgens ons is dat ook meteen de reden waarom de consument in 2019 ons zoveel vertrouwen heeft geschonken.’
